Tuinkarweitjes in september

De zomer wordt gesmoord in regenbuien. Nu de natuur verademt, liggen de tuinkarweitjes weer voor het rapen. Ook het onkruid voert een laatste achterhoedegevecht.

• Dit is de tijd om buxus te stekken. Neem met een vlijmscherp mesje afgerijpte scheuten van ongeveer 10 cm, onderblader de onderste helft en duw ze op een schaduwrijk plekje voor de helft in grond die je met grof metselzand luchtig hebt gemaakt.
• Het begin van de maand leent zich nog tot het zaaien van nieuwe gazons. Ook kunnen kale plekken in het gazon, die vaak te wijten zijn aan de activiteit van de mollen, nu worden ingezaaid. Ook voor het leggen van rolgazon is dit een ideale periode.
• Maak je plantenlijstjes klaar. In de plantenkwekerijen staan de planten nu op hun mooist en zelfs de meest zeldzame zijn nog in voorraad.
• Verplant, scheur en koop nieuwe vaste planten. Ze zullen in de nog lauwe aarde snel opnieuw op krachten komen en zich nog voor de winter verankerd hebben.
• September is dé uitgelezen periode om kamerplanten te kopen. De verwarming slaat nog slechts sporadisch aan. Er valt nog redelijk wat licht naar binnen en de planten kunnen zich stukje bij beetje aanpassen aan de droge kamerlucht. Vanaf nu mag je kamerplanten niet meer voeden.
• September is al een even ideale maand om bloembollen te poten: krokussen, sneeuwklokjes, narcissen, tulpen, fritillaria’s, hyacinten, Hollandse irissen.
• Ook mogen alle wintergroene planten nu worden geplant: camelia, buxus, taxus, alle soorten sierconiferen, Aucuba, laurierkers, olijfwilg en liguster. Koop van hulst steeds planten in container of met een stevige wortelkluit.
• Klimrozelaars hebben volop ranken gemaakt. Vooral de soepele ranken van liaanrozelaars moeten aan het hekwerk of aan andere steunen worden gebonden.
• Vijvervissen verlangen in september veel krachtvoedsel. Ze moeten een vetreserve aanleggen die ze in de winter onderin de vijver bij lage temperaturen kunnen opsoeperen. Geef ze krachtig korrelvoer.
• Knip klimop en andere gevelklimmers bij. Anders zouden de zotte najaarswinden de planten wel eens van de gevels kunnen rukken.
• Wanneer je op droge dagen nog een keertje flink schoffelt, breng je het onkruid een fatale slag toe.

De spectaculairste hemelsleutels en vetkruiden als Sedum spectabile zijn nu op hun mooist. De vlinder is op zijn bloemscherm niet meer dan een tache de beauté.

Appels en peren plukken

Appels en peren rijpen. Voor eigen gebruik mag je niet te vroeg plukken. Wacht tot ook de gave vruchten beginnen te vallen. Wanneer je een rijpe appel of peer voorzichtig naar boven wrikt, laat het steeltje moeiteloos los van de boom. Aangestoken en zieke vruchten vallen al eerder. Verwijder ze regelmatig omdat anders ook het gezonde fruit wordt aangetast. Ze kunnen altijd nog tot moes gekookt worden. Pluk de vruchten bij droog weer. Behandel ze voorzichtig. Gekneusde appels en peren gaan snel bederven. Leg ze daarom in een mandje waarin een bodempje stro of verfrommeld krantenpapier voor een zacht bedje zorgt. Let erop dat het steeltje van de ene vrucht de andere niet kwetst. Sommige rassen bewaren niet lang. Misschien kun je er een buurvrouw of een vriend blij mee maken. Verbruik eerst de vruchten zonder steeltje. En wat belangrijk is: controleer jouw voorraadje regelmatig op rot.

Vraatzuchtige spinnen houden seizoensopruiming onder de insecten. Alles vergeelt; de bloemen, het zonlicht, de uitgebloeide stengels… En hier en daar roest een blad.

Narcissen planten

De lenteboden en onder meer de narcissen gaan het liefst zo snel mogelijk de grond in. De tweede helft van september en begin oktober is daar de ideale periode. Door vroeg te planten, zal de bloei het eerste jaar rijker zijn en zullen de bollen aanzienlijk in dikte toenemen. Narcissen blijven graag jarenlang op dezelfde plaats staan. Onder laat in blad komende struiken, oude fruitbomen en onder struikrozen hebben ze het naar hun zin. Ze zullen er verwilderen zodat je er haast geen omzien meer naar hebt. In het najaar moet je ze een handvol van een organische meststof geven. Probeer de lieve botanische narcisjes eens. Ze verwilderen vlot en vormen na enkele jaren een vrolijk voorjaarstapijt: Narcissus cyclameus, Narcissus pumilus en het beeldige hoepelroknarcisje, Narcissus bulbocodium.